Vanggewassen is een verzamelterm voor gewassen die aaltjes actief lokken. Het bestrijdend effect daarvan kan dus hoger zijn dan wanneer de grond braak ligt en er alleen natuurlijke afname plaatsvindt.
Voorbeelden zijn Tagetes tegen wortellesieaaltjes, Resistente bladrammenas en gele mosterd tegen bietencysteaaltjes en ook de teelt van aardappel en raketblad tegen aardappelcysteaaltjes.
Misverstanden
Vanggewassen zijn een zeer effectief middel om aaltjes te bestrijden. Er bestaan echter ook veel misverstanden over vanggewassen. Dit komt voor wanneer de afname die al van nature plaatsvindt onder braak of een niet-waardplant wordt toegerekend aan de teelt van het vanggewas. Deze denkfout wordt bijvoorbeeld vaak gemaakt bij teelt van Japanse haver tegen Pratylenchus penetrans. Er vind wel afname plaats maar deze is niet groter dan onder braak. Terwijl de teelt van Tagetes tegen Pratylenchus penetrans vergelijkbaar is met een natte grondontsmetting. Een ander actueel voorbeeld van deze denkfout is het te verwachten bestrijdende effect van zwaardherik door actieve lokking van o.a. cysteaaltjes.
Lokken van aaltjes treedt alleen op bij cysteaaltjes en dan ook alleen maar door zeer specifieke gewassen die waardplant zijn voor deze cysteaaltjes. Alle andere aaltjes worden alleen beïnvloed door temperatuur en bodemvocht. Ze verplaatsen zich maar heel beperkt (denk in enkele centimeters) en prikken wortels alleen aan wanneer deze bij toeval langs groeien. Wees daarom zeer kritisch op claims over het lokken en doden van aaltjes.